Beste bezoekers, 
Op woensdag 24 april zal het museum uitzonderlijk gesloten zijn voor het publiek.
Gelieve ons te verontschuldigen voor het ongemak.

De Alfa Romeo Storico belooft groots te worden.
We hebben dan ook even gepolst bij onze curator Leo Van Hoorick welke volgens hem de 3 toppers van de expositie worden. Ontdek zijn keuze hieronder:

Alfa Romeo 1900C Super Sprint Coupe by Ghia uit 1954

Een zeldzame Alfa met een carrosserie die werd getekend door Giovanni Savonuzzi voor Ghia. Veel van de vooruitstrevende aerodynamische elementen die Savonuzzi destijds ontwikkelde zijn vervat in dit ontwerp. Er zouden 9 van zijn geproduceerd, waarvan er nog 6 bekend zijn, maar geen van die 6 zijn identiek. Gelijkaardige koetswerken werden ook gebruikt voor enkele Fiat 8V’s en voor 3 Jaguar XK140’s.

Alfa Romeo TZ uit 1963

TZ staat voor Tubolare Zagato, verwijzend naar het buizenchassis. Dit model werd ontwikkeld door Autodelta, de competitieafdeling van Alfa. Krachtbron was de aluminium 4 cilinder van 1570 cc met dubbele bovenliggende nokkenas. De wegversie ontwikkelde 112 pk, de competitieversie meer dan 160 pk. Dank zij een aluminium carrosserie was het totaalgewicht beperkt tot 660 kg. De topsnelheid bedroeg ruim 210 km/u. De afgekapte achterkant, een stijlkenmerk van Spada, is bekend als Coda Tronca. Tussen 1963 en 1965 werden 112 ex. gebouwd. In 1965 volgde de TZ2, met kunststof carrosserie. Hiervan werden slechts 12 originele exemplaren gebouwd.

Alfa Romeo Montreal uit 1972

In de late jaren ’60 waren de Italiaanse designhuizen zoals Pininfarina, Bertone en Ghia helemaal in de ban van concept cars. Af en toe haalde er één de showroom. Zoals deze Montreal die in 1970 werd gelanceerd, ruim drie jaar nadat ontwerphuis Bertone het prototype had laten debuteren op de Montreal Expo in 1967. Hoewel de jonge Marcello Gandini zijn fraaie ontwerp een beetje had moeten aanpassen aan praktische eisen, bleef het een schitterende verschijning. Terwijl het prototype het nog moest stellen met de 1.6 vierpitter van de Giulia Ti kreeg de productieversie een complexe 2.6 liter V8 met bijna 200 pk. Helaas was de Montreal duurder dan een Porsche 911 of Jaguar E-Type en was het geen commercieel succes.